Met mijn oudste zoon bezocht ik Alex Roeka in het Oude Luxor theater. Het eerste nummer dat ik ooit van deze zanger hoorde, was Kermis in Ravenstein. Hij trad op in de talkshow van Hanneke Groenteman en al bij de eerste akkoorden was ik terug in een andere tijd. Kermis… vertelt het verhaal van een dorp, lang geleden, dat in alle staten raakt wanneer de jaarlijkse kermis arriveert. De mannen worden dol, de vrouwen veranderen in hooggehakte duivelinnen, de valse hond moet binnen blijven anders wordt-ie dol in de kop. De combinatie van rauw en teder, pathetisch en echt, zwaar en lichtvoetig raakte me. Dit was gezongen poëzie.
Roeka toert nu met zijn band rond met het nieuwe repertoire van de cd Hadeskade; blues, smartlap, gezongen gedichten, gebrulde avonturen. Altijd zijn er wolven, zatte mannen, weggelopen vrouwen, verschrikkelijke drama’s die bij zonsopkomst weer in een ander licht blijken te staan. De zanger zingt zijn leven – en soms dat van een ander, want hij heeft een feilloos oor en oog voor schrijnende situaties: de onvolmaaktheid van de dingen, de kleinheid van de mens. In andere sferen gingen we naar huis, Morris en ik. We sliepen allebei slecht; ons hoofd zat veel te vol, vol met mooi verdriet. Ga erheen dus, luister, huiver en jank mee met die wolf.
Marinet Haitsma
taaldier, juf, macrobio-kok