Wat vieren we met Pinksteren. Geen mens om me heen zegt: ik herdenk nu de tijd dat de Heilige Geest wordt uitgestort. Geen mens kijkt naar de hemel of er vlammen zijn. Toch ben ik blij met deze zoveelste christelijke feestdag. Ik heb mijn handen vol aan het bijeenhouden van mijn eigen geest. Vrijdag sprak ik met de voorlichter van Stichting Varkens in Nood, omdat ik in juli ga helpen met voorlichten. De bus zal in het museumpark van Rotterdam staan; via een fototentoonstelling en verkoop van varkens-boeken gaan mensen hopelijk anders denken over de vleesindustrie. Wat moet ik zeggen. “Hoe jij het voelt,” zei de voorlichter. Hoe ik een varken voel. Als deel van de familie. Net als een koe, schaap, kip, gans, hond, kat. Ik begrijp dat onze wereld draait rond economische belangen. Efficiency. Maar het klopt niet. Misschien huist er een oudhollandse boerentrien in mij. Misschien is dat de bestemming voor mijn onzalige geest: terug naar de modder. Want. Ik vind een varken om te aaien, om mee te praten, en om naar te kijken wanneer het over het erf met je meehobbelt, op weg naar een modderpoel. Varkens zijn heel blije, sociale dieren. Ik word altijd vrolijk van ze. Niet opeengestapeld in een verduisterde fabriekshal. Gewoon, op een landje. Kijk hoe een varken naar je opkijkt en je weet: in elk dier huist een mens. En hij wil hetzelfde als ik. Contact. Plezier. Delen. Ruimte.

www.hetbeloofdevarkensland.nl

www.varkensinnood.nl

de geest van het varken

Berichtnavigatie


Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *