Zal ik u vertellen? Wat ik zoal doe? Als ik niet hier boven mijn eigen letters hang. Ik snuffel door de krant en lees dat er een kabinetsformatie gaande is met de PVV. Ik ben benieuwd hoe ons land er uit gaat zien. Eerlijk gezegd denk ik dat we het – onder welk kabinet dan ook – nooit echt slecht hebben. Slecht hebben ze het in een platgebrand Russisch dorp. Of op Haïti, waar nog geen ingestort huis is wederopgebouwd. Slecht hebben ze het in landen als Pakistan of Afghanistan, waar religieuze groeperingen vrouwen onderdrukken, verkrachten, vernederen. Om maar een zijstraat te noemen. Maar wij, hier, in dit kalme kikkerlandje. We hebben het zo goed, dat we er voortdurend over kunnen klagen. Over die kutbuitenlanders. Over de files. Over de bezuinigingen. Over de slechte internetverbinding van KPN. Ofzo. Luxeproblemen voor een woestijnmoeder, die haar kinderen ziet doodgaan van honger. Hier hebben we het zo goed, dat een jonge meid in Nij Beets ongezien vier keer een baby in een koffer kon proppen. God, wat hebben we het goed. En niemand die iets zag. Wie weet wat mijn buurman op dit moment uitspookt, in zijn kelder. Ik zag hem vandaag met een pakket de trap afdalen. Misschien staat hier over een paar jaar het NOS Journaal met diezelfde brandende vraag: ‘Nooit iets gemerkt? Wat was het voor iemand?’ En dan zeg ik: ‘Een aardige man. Altijd lief voor iedereen in de straat. Niks vreemds.’ Ja, zo goed hebben wij het. En als ik klaar ben met de krant, dan sla ik mijn studieboeken open. Ik lees over de seksuele driften volgens Freud. Over het collectief onbewuste volgens Jung. En soms, soms kijk ik een film. Zoals de film Rosetta, die ik toegestuurd kreeg. Ook alweer een paar jaar oud. Rosetta, van de gebroeders Dardenne, won allerlei filmprijzen. Waarschijnlijk omdat de film zo’n rauw, beklemmend beeld schetst van een meisje in oorlogstijd. Rosetta leeft in haar eigen persoonlijke oorlog. Met haar alcoholistische moeder, hun caravan, haar baantjes, de wereld, en het geld dat er nooit is. En dan is er een jongen. Die haar wil helpen. Maar vriendschap of liefde in Rosetta’s oorlogstijd: een slechte combinatie. Dus Rosetta verraadt de jongen. Een prachtige film; in al die eenvoud van hoe mensen zijn. Miscommunicatie, misverstanden. Op een avond, wanneer alles eindelijk een keer goed lijkt te gaan, ligt Rosetta in bed. En dan zegt ze hardop zinnetjes tegen zichzelf:
Je bent Rosetta.
Ik ben Rosetta.
Je hebt een baan.
Ik heb een baan.
Alles gaat goed.
Ja, alles gaat goed.
Je gaat niet instorten.
Ik ga niet instorten.
Hartverscheurend. Niemand heeft dus ooit tegen dat meisje gezegd: Hey, Rosetta. Schat. Ga lekker buiten spelen. Maak je geen zorgen. Alles is goed.
Hey Marinet. Schat. Ga lekker buiten spelen. Maak je geen zorgen. Alles is goed.

De wereld en Rosetta

Berichtnavigatie


Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *