werkplek
overleg op de werkvloer

De nieuwe klas vergt het uiterste. Alle docenten hebben het erover. Dat is enerzijds fijn, want dan weet je dat het ‘niet aan jou ligt’. Anderzijds geeft het die groep een stempel waarvan ze zich moeilijk nog ontdoen. De moeilijke klas bestaat natuurlijk niet. Meestal zit in zo’n klas één tamelijk dominant persoon die een sfeer creëert waarin de rest – uit angst – meegaat.
In de tweedejaars groep gebeurde dit ook; in positieve zin. Er zit een Syrisch meisje in, dat al op jonge leeftijd moest knokken voor haar ontwikkeling. Dat maakt haar tot een inspirator en organisator voor de hele groep. Bij elk plan of voorstel zie ik haar ogen heen en weer schieten: wat brengt ons dit, hoe kunnen wij hiermee verder, hoe gieten we dit in ons onderwijstraject. Wat een kracht voor de groep, en wat gaat deze dame nog laten zien in haar vervolgstudie.
Er zit in die tweedejaars groep nog zo’n talent. Een traditioneel Marokkaans meisje, zwaar verhuld gekleed. Je zou haar misschien mijden vanwege de zwarte gewaden. Maar schuift ze bij je aan tafel, dan beginnen haar ogen te stralen; gitzwarte pupillen die dromen van een fantastisch leven. Haar ideeën werkt ze uit in tekeningetjes, storyboards, sierlijke letters, of in verhalen.
Haar fantasie is zo rijk, dat ik gisteren vroeg: “Wat ga je straks doen met je diploma als apothekersassistente? Toch door naar het hbo, hoop ik? Misschien Arabisch studeren of geschiedenis, of Nederlands?”
Daar kwamen de lichtjes weer. Ze sprak zacht, met haar typische hese stem: “Mijn ouders vinden het goed, maar ze willen dat ik een beroep kies dat netjes is.”
“Wat goed van je ouders,” zei ik. “Doe toch nog even een beroepskeuze-test. Ik denk dat jij heel blij gaat worden als je bezig mag zijn met je fantasie.”
Ze knikte voorzichtig. “Mijn eerste studiekeuze was graven in de aarde…”
“Archeologie?”
Ze schudde haar hoofd. “Nee mevrouw, met botten. Forensisch nog wat. Met misdaad en zo.”
Forensisch patholoog. Wat word ik blij van zo’n volstrekt eigen keuze. En dan beland je op het MBO bij de apothekers. Nou ja, het is een begin – en netjes.
In de moeilijke eerstejaars klas, net begonnen, kom ik aan zulke onderonsjes niet toe. Een deel van de leerlingen zit klaar met het werkboek en vraagt een strak georganiseerde les, met elke tien minuten een nieuwe oefening. Een ander deel dwarrelt rond, met de smartphone op zichzelf gericht, kam en borstel in het haar, make-up in de aanslag, en vooral: een grondige afkeer van mij. Ik ben die vrouw daar. Die van Nederlands. Oersaai en stom. En ja, soms helpt het dan om ze eruit te sturen: doei, tot de volgende keer.
Als ik even later, tijdens een schrijfopdracht over films, eruit flap dat ik dol ben op liefdesfilms, schieten een paar in de lach. “Mevrouw… wat zegt u nu!”
Het begin is er. Aandacht. Contact. Ook met deze klas komt het goed.

Liefdesfilms

Berichtnavigatie


2 gedachten over “Liefdesfilms

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *