Beste Robbert Dijkgraaf,
Dank voor je verhaal in De wereld Draait Door, gisteravond. Je sprak over de Wetenschap in termen van de verbeelding, speelsheid en luchtigheid; en je zei dat je als wetenschapper soms in het diepe moet springen, met het risico dat je niet weet waar je uitkomt. Ik denk, beste Robbert, dat we zo zouden moeten leven: de verbeelding volgend, speels, luchtig en soms een sprong in het diepe.
P.S. Ik zal Blikwisselingen lezen, want het onderwerp houdt me bezig. Die prent van de jonge vrouw die tevens een heks is, ken ik uit mijn kindertijd, toen ik uren doorbracht bij de boekenkast van mijn vader. Uiteraard zag ik het liefst de mooie jonge vrouw, want als ik het boek dichtklapte, stond de heks voor mijn neus. Of was ook dat verbeelding?