We hielden ons soms uitsluitend bezig met zwetsen, in het vogelhuis. Het uitbrengen van dure woorden. Dat is een leuk spelletje. Een mens kan alles beweren via de taal. Maar gewoonlijk wordt daarmee erg weinig overgedragen, vond Kaj. Toch was hij een liefhebber van academisch taalgebruik. Jargon. Ik zei dat het meeste geklets van mensen mij een substituut leek voor hun territoriumdrift. En op de tweede plaats: voor seks. Hij schraapte zijn keel. ‘Jij weer, met seks.’ Hij vond er niet veel van. Natuurlijk deed hij het ook met zijn vrouw, waarschijnlijk op zondagmorgen, zoals veel mannen. Maar ik zei dat hij, eveneens als veel mensen, waarschijnlijk vrijde met de droom van die partner. De droom waarmee alles begint, wanneer de aanraking vers is, als een besneeuwd weiland in februari. Elke relatie begint immers als sneeuwland in februari, maar het eindigt niet zelden als een knollenveld in november.
Marinet Haitsma
taaldier, juf, macrobio-kok