De bruine muis wordt niet alleen stokoud, ze staat op hoge leeftijd ook nog open voor de liefde. Als ik mijn hand in de kooi doe, rent ze naar me toe. Dan gaat ze doodstil zitten; ik moet kriebelen. Oké. Eerst achter haar prachtige, roze, doorschijnende schelpenoortjes. Ze sluit haar oogjes. Ze vleit zich tegen mijn hand. Dan over haar zijdezachte, bruinwitte vachtje. Ik constateer dat ze mager wordt. Ze gaat liggen, strekt haar voorpootjes en doet alsof ze dood is. Daar trap ik niet in. Ik haal mijn hand weg. Ze schrikt wakker, schiet als een tornado door de kooi en verpulvert razendsnel drie zonnebloempitten. Liefde is ingewikkeld.
De bruine muis & liefde